C-554/07 - Commissie/Ierland

Printed via the EU tax law app / web





Arrest van het Hof (Derde kamer) van 16 juli 2009 – Commissie / Ierland

(Zaak C‑554/07)

„Niet-nakoming – Belasting over toegevoegde waarde – Richtlijn 2006/112/EG – Artikelen 2, 9 en 13 – Economische activiteit verricht door staat, plaatselijke autoriteiten en andere publiekrechtelijke lichamen – Vrijstelling”

Fiscale bepalingen – Harmonisatie van wetgevingen – Omzetbelasting – Gemeenschappelijk stelsel van belasting over toegevoegde waarde – Belastingplichtigen – Publiekrechtelijke lichamen (Richtlijn 2006/112 van de Raad, art. 2, 9 en 13) (cf. punten 47-50, 62-68, 74-76, dictum 1)

Voorwerp

Niet-nakoming – Onjuiste uitvoering van artikel 13 van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 347, blz. 1) – Vrijstelling van alle door de staat, de plaatselijke autoriteiten en andere publiekrechtelijke lichamen verrichte economische activiteiten

Dictum

1)

Door in de nationale regeling geen algemene bepaling op te nemen volgens welke de economische activiteiten die door publiekrechtelijke lichamen buiten het overheidskader worden verricht, zijn onderworpen aan de belasting over de toegevoegde waarde;

door in de nationale regeling noch een algemene bepaling op te nemen volgens welke publiekrechtelijke lichamen die als overheid handelen zijn onderworpen aan de belasting over de toegevoegde waarde wanneer de niet-belastingplichtigheid tot significante verstoring van de mededinging kan leiden, noch enig criterium dat de beoordelingsvrijheid van de minister van Financiën in dit verband kan begrenzen, en

door in de nationale regeling geen algemene bepaling op te nemen volgens welke aan de belasting over de toegevoegde waarde zijn onderworpen de publiekrechtelijke lichamen die werkzaamheden verrichten die in bijlage I bij richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde worden genoemd, voor zover deze werkzaamheden niet verwaarloosbaar zijn,

is Ierland de krachtens de artikelen 2, 9 en 13 van deze richtlijn op hem rustende verplichtingen niet nagekomen.

2)

Ierland wordt verwezen in de kosten.