28.1.2012 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 25/36 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Administrativen Sad Veliko Tarnovo (Bulgarije) op 11 november 2011 — „Menidzharski biznes reshenia” OOD/Direktor na Direktsia „Obzhalvane i upravlenie na izpalnenieto” — Veliko Tarnovo
(Zaak C-572/11)
2012/C 25/69
Procestaal: Bulgaars
Verwijzende rechter
Administrativen Sad Veliko Tarnovo
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij:„Menidzharski biznes reshenia” OOD
Verwerende partij: Direktor na Direktsia „Obzhalvane i upravlenie na izpalnenieto” — Veliko Tarnovo
Prejudiciële vraag
Moet artikel 203, juncto artikel 186, sub a, van richtlijn 2006/112/EG (1) van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, in gevallen als die in het hoofdgeding en gelet op de beginselen van fiscale neutraliteit en de bescherming van het gewettigde vertrouwen, aldus worden uitgelegd dat aftrek van voorbelasting kan worden geweigerd ook al is het gevaar voor verlies van belastinginkomsten uitgeschakeld, wanneer dit gevaar enkel is weggewerkt inzake de afrekening jegens de fiscus van de btw die in de factuur van een leverancier is vermeld, zonder dat het wegwerken van het gevaar voor verlies van belastinginkomsten een impact heeft op de handelingen en de bedoelingen van de leverancier die hebben geleid tot de frauduleuze inhoud van een factuur waarin de btw als door de leverancier verschuldigde btw staat vermeld?
(1) PB L 347, blz. 1.