8.9.2014 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 303/31 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Hof van Beroep te Bergen (België) op 9 juli 2014 — Belgische Staat/Nathalie De Fruytier
(Zaak C-334/14)
2014/C 303/39
Procestaal: Frans
Verwijzende rechter
Hof van Beroep te Bergen
Partijen in het hoofdgeding
Appellant: Belgische Staat
Geïntimeerde: Nathalie De Fruytier
Prejudiciële vragen
1) |
Verzet artikel 13, A, lid 1, sub b en c, van de Zesde btw-richtlijn (1) zich ertegen dat vervoer van monsters en organen voor medische analyse of medische of therapeutische zorgen dat is uitgevoerd door een zelfstandige derde wiens prestaties in aanmerking komen voor de terugbetaling die de sociale zekerheid verricht ten voordele van ziekenhuizen en laboratoria, wordt vrijgesteld van btw als een handeling die nauw samenhangt met medische handelingen, dit wil zeggen als een handeling die ertoe strekt om ziektes of gezondheidsproblemen te diagnosticeren, te verzorgen en, voor zover mogelijk, te genezen? |
2) |
Kan vervoer van monsters en organen voor medische analyse of medische of therapeutische zorgen dat is uitgevoerd door een zelfstandige derde wiens prestaties in aanmerking komen voor de terugbetaling die de sociale zekerheid verricht ten voordele van ziekenhuizen en laboratoria, worden vrijgesteld van btw overeenkomstig artikel 13, A, lid 1, sub b en c, van de Zesde btw-richtlijn? |
3) |
Dient het begrip „naar behoren erkende inrichtingen van dezelfde aard” in artikel 13, A, lid 1, sub b, van de Zesde btw-richtlijn aldus te worden uitgelegd dat daaronder privéondernemingen vallen die het vervoer organiseren van bij mensen afgenomen monsters met het oog op een medische analyse die noodzakelijk is ter verwezenlijking van de therapeutische doelstellingen die ziekenhuizen en centra voor medische zorg nastreven? |
(1) Zesde richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag (PB L 145, blz. 1).