28.8.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 283/17 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Münster (Duitsland) op 17 mei 2017 — Harry Mensing/Finanzamt Hamm
(Zaak C-264/17)
(2017/C 283/24)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Finanzgericht Münster
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Harry Mensing
Verwerende partij: Finanzamt Hamm
Prejudiciële vragen
1) |
Dient artikel 316, lid 1, onder b, van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (1) (hierna: „btw-richtlijn”) aldus te worden uitgelegd dat belastingplichtige wederverkopers de winstmargeregeling ook kunnen toepassen op de levering van kunstvoorwerpen die hun intracommunautair zijn geleverd door de maker of door diens rechthebbenden die niet tot de in artikel 314 van de btw-richtlijn vermelde personen behoren? |
2) |
Indien de eerste vraag bevestigend moet worden beantwoord: legt artikel 322, onder b, van de btw-richtlijn de verplichting op om het recht van aftrek van voorbelasting op de verwerving van kunstvoorwerpen te weigeren aan de wederverkoper, zelfs indien er geen overeenkomstige nationale wettelijke regeling bestaat waarin dit is bepaald? |
(1) PB L 347, blz. 1.