Available languages

Taxonomy tags

Info

References in this case

References to this case

Share

Highlight in text

Go

14.1.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 13/8


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Administrativen Sad Varna (Bulgarije) op 2 november 2011 — ET PIGI — P. Dimova/Direktor na Direktsia „Obzhalvane i upravlenie na izpalnenieto”, Varna, pri Tsentralno Upravlenie na Natsionalnata Agentsia za Prihodite

(Zaak C-550/11)

2012/C 13/15

Procestaal: Bulgaars

Verwijzende rechter

Administrativen Sad Varna

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: ET PIGI — P. Dimova

Verwerende partij: Direktor na Direktsia „Obzhalvane i upravlenie na izpalnenieto”, Varna, pri Tsentralno Upravlenie na Natsionalnata Agentsia za Prihodite

Prejudiciële vragen

1)

In welke omstandigheden mag worden aangenomen dat men te maken heeft met een „naar behoren bewezen en aangetoonde diefstal” in de zin van artikel 185, lid 2, van richtlijn 2006/112 (1), en is het daarbij vereist dat de identiteit van de dader is vastgesteld en dat deze reeds bij een in kracht van gewijsde gegane uitspraak is veroordeeld?

2)

Naargelang het antwoord op de eerste vraag: omvat het begrip „naar behoren bewezen en aangetoonde diefstal” in de zin van artikel 185, lid 2, van richtlijn 2006/112 een geval als dit in het hoofdgeding waarbij een gerechtelijk vooronderzoek tegen „X” wegens diefstal is ingeleid, de voor inkomsten bevoegde instantie deze omstandigheid niet betwist en op basis van deze omstandigheid wordt aangenomen dat een bepaalde hoeveelheid goederen ontbreekt?

3)

Zijn nationale wettelijke bepalingen zoals artikel 79, lid 3, en artikel 80, lid 2, btw-wet, alsmede een belastingpraktijk als die welke aan de orde is in het hoofdgeding, die een verplichting tot herziening opleggen van de aftrek die is toegepast bij de verkrijging van goederen die later worden gestolen, gelet op artikel 185, lid 2, van richtlijn 2006/112 toelaatbaar, wanneer men ervan uitgaat dat de staat geen gebruik heeft gemaakt van de hem toegestane mogelijkheid om uitdrukkelijk te voorzien in herziening van de aftrek bij diefstal?


(1)  Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 347, blz. 1).