Available languages

Taxonomy tags

Info

References in this case

Share

Highlight in text

Go

24.6.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 194/10


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Tribunale di Cuneo (Italië) op 5 maart 2014 — Strafzaak tegen Ivo Taricco, e.a.

(Zaak C-105/14)

2014/C 194/12

Procestaal: Italiaans

Verwijzende rechter

Tribunale di Cuneo

Partijen in de strafzaak

Ivo Taricco,

Ezio Filippi,

Isabella Leonetti,

Nicola Spagnolo,

Davide Salvoni,

Flavio Spaccavento,

Goranco Anakiev

Prejudiciële vragen

a)

Is inbreuk gemaakt op het voorschrift ter bescherming van de mededinging van artikel 101 VWEU door de wijziging van artikel 160, laatste alinea, van het Italiaanse wetboek van strafrecht bij wet nr. 251/2005, voor zover daarbij de termijn voor de verjaring na een stuitingshandeling met slechts een kwart wordt verlengd, zodat strafbare feiten ondanks tijdige vervolging kunnen verjaren en daders ongestraft blijven?

b)

Heeft de Italiaanse Staat een door artikel 107 VWEU verboden vorm van steun ingevoerd door de wijziging van artikel 160, laatste alinea, van het Italiaanse wetboek van strafrecht bij wet nr. 251/2005, voor zover daarbij de termijn voor de verjaring na een stuitingshandeling met slechts een kwart wordt verlengd, zodat strafbare feiten gepleegd door onscrupuleuze ondernemers zonder strafrechtelijke gevolgen blijven?

c)

Heeft de Italiaanse Staat onrechtmatig een vrijstelling toegevoegd aan de vrijstellingen die door artikel 158 van richtlijn 2006/112/EG (1) van de Raad van 28 november 2006 uitputtend zijn opgesomd door de wijziging van artikel 160, laatste alinea, van het Italiaanse wetboek van strafrecht bij wet nr. 251/2005, voor zover daarbij de termijn voor de verjaring na een stuitingshandeling met slechts een kwart wordt verlengd, zodat zij die de gemeenschapsrichtlijn te eigen bate aanwenden, ongestraft blijven?

d)

Is het beginsel van gezonde overheidsfinanciën van artikel 119 VWEU geschonden door de wijziging van artikel 160, laatste alinea, van het Italiaanse wetboek van strafrecht bij wet nr. 251/2005, voor zover daarbij de termijn voor de verjaring na een stuitingshandeling met slechts een kwart wordt verlengd, en door aldus af te zien van het bestraffen van gedragingen die de Staat de middelen ontnemen die noodzakelijk zijn om onder meer zijn verplichtingen jegens de Europese Unie na te komen?


(1)  Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 347, blz. 1).