Available languages

Taxonomy tags

Info

References in this case

Share

Highlight in text

Go

7.7.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 212/15


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Supremo Tribunal Administrativo (Portugal) op 9 april 2014 — Saudaçor — Sociedade Gestora de Recursos e Equipamentos de Saúde dos Açores SA/Fazenda Pública

(Zaak C-174/14)

2014/C 212/16

Procestaal: Portugees

Verwijzende rechter

Supremo Tribunal Administrativo

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Saudaçor — Sociedade Gestora de Recursos e Equipamentos de Saúde dos Açores SA

Verwerende partij: Fazenda Pública

Prejudiciële vragen

1)

Kan de nationale rechter het begrip publiekrechtelijk lichaam in de zin van artikel 13, lid 1, eerste alinea, van richtlijn 2006/112/EG (1) van de Raad van 28 november 2006 uitleggen onder verwijzing naar het juridische begrip publiekrechtelijke instelling in artikel 1, lid 9, van richtlijn 2004/18/EG (2) van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004?

2)

Valt een entiteit die de vorm heeft van een naamloze vennootschap met uitsluitend publiek kapitaal, die voor 100 % in handen is van de Autonome regio Azoren en waarvan het maatschappelijke doel erin bestaat, met het oog op de verdere ontwikkeling en de rationalisering van het Regionale Gezondheidssysteem, op dit gebied adviezen te verstrekken en beheersactiviteiten te verrichten in het kader van programmaovereenkomsten die zijn gesloten met de Autonome regio Azoren, en waaraan deze regio, waarop oorspronkelijk de verplichting rust om openbare gezondheidsdiensten te verstrekken, de bevoegdheden heeft gedelegeerd waarover zij op dit domein beschikt, onder het begrip publiekrechtelijk lichaam dat als overheid werkzaam is in de zin van artikel 13, lid 1, eerste alinea, van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006?

3)

Kan de door deze vennootschap ontvangen tegenprestatie, bestaande in de financiële middelen die nodig zijn voor de uitvoering van deze programmaovereenkomsten, in het licht van deze richtlijn worden beschouwd als een vergoeding voor verrichte diensten die aan de btw onderworpen is?

4)

Zo ja, voldoet deze vennootschap dan aan de voorwaarden om de belastingvrijstelling van artikel 13, lid 1, van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 te kunnen genieten?


(1)  Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 347, blz. 1).

(2)  Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (PB L 134, blz. 114).