Available languages

Taxonomy tags

Info

References in this case

Share

Highlight in text

Go
201807200102012922018/C 276/303292018CJC27620180806NL01NLINFO_JUDICIAL20180517212222

Zaak C-329/18: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Augstākā tiesa (Letland) op 17 mei 2018 — Valsts ieņēmumu dienests / SIA „Altic”


C2762018NL2120120180517NL0030212222

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Augstākā tiesa (Letland) op 17 mei 2018 — Valsts ieņēmumu dienests / SIA „Altic”

(Zaak C-329/18)

2018/C 276/30Procestaal: Lets

Verwijzende rechter

Augstākā tiesa

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Valsts ieņēmumu dienests

Verwerende partij: SIA „Altic”

Prejudiciële vragen

1)

Dient artikel 168, onder a), van richtlijn 2006/112/EG ( 1 ), gelet op het doel van verordening (EG) nr. 178/2002 ( 2 ), namelijk het waarborgen van de voedselveiligheid (dat onder meer wordt bereikt door de traceerbaarheid van levensmiddelen te garanderen), aldus te worden uitgelegd dat het zich niet verzet tegen de weigering van aftrek van voorbelasting wanneer een belastingplichtige die deel uitmaakt van de voedselketen, bij de keuze van zijn medecontractant geen grotere zorgvuldigheid (dan in de handelspraktijk gebruikelijk is) aan de dag heeft gelegd — wat er in wezen op neerkomt dat hij controles had moeten verrichten ten aanzien van die contractant –, maar wel de kwaliteit van de levensmiddelen heeft gecontroleerd en in die zin voldoet aan het doel van verordening nr. 178/2002?

2)

Verplicht het vereiste dat is neergelegd in artikel 6 van verordening nr. 852/2004 ( 3 ) en in artikel 31 van verordening nr. 882/2004 ( 4 ), inzake de registratie van een levensmiddelenbedrijf, wanneer dit wordt uitgelegd in het licht van artikel 168, onder a), van richtlijn 2006/112/EG, ertoe dat de met dit bedrijf contracterende partij controleert of dat bedrijf is geregistreerd, en is die controle relevant om te bepalen of die partij, rekening gehouden met de bijzonderheden van de transactie, wist of had moeten weten dat zij betrokken was bij een transactie met een fictieve onderneming?


( 1 ) Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB 2006, L 347, blz. 1).

( 2 ) Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PB 2002, L 31, blz. 1).

( 3 ) Verordening (EG) nr. 852/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake levensmiddelenhygiëne (PB 2004, L 139, blz. 1).

( 4 ) Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PB 2004, L 165, blz. 1).