Available languages

Taxonomy tags

Info

References in this case

References to this case

Share

Highlight in text

Go

18.4.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 90/13


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het House of Lords (Verenigd Koninkrijk) op 6 februari 2009 — Commissioners for Her Majesty’s Revenue and Customs/Loyalty Management UK Limited

(Zaak C-53/09)

2009/C 90/20

Procestaal: Engels

Verwijzende rechter

House of Lords

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Commissioners for Her Majesty’s Revenue and Customs

Verwerende partij: Loyalty Management UK Limited

Prejudiciële vragen

„Wanneer een belastingplichtige (hierna: „promotor”) een klantenloyaliteitsprogramma beheert waaraan meerdere partijen deelnemen (hierna: „regeling”) en op grond waarvan de promotor verschillende overeenkomsten aangaat als volgt:

i)

overeenkomsten met verschillende ondernemingen, „sponsoren” genaamd, op grond waarvan de sponsoren „punten” uitgeven aan hun klanten („puntenverzamelaars”) die goederen of diensten van de sponsoren kopen, en op grond van welke overeenkomsten de sponsoren betalingen aan de promotor verrichten;

ii)

overeenkomsten met de puntenverzamelaars op grond waarvan deze onder meer, wanneer zij goederen en/of diensten van de sponsoren kopen, punten zullen ontvangen die zij kunnen inwisselen voor goederen en/of diensten, en

iii)

overeenkomsten met verschillende ondernemingen (bekend als „partner-leveranciers bij wie punten kunnen worden ingewisseld”; hierna: „partner-leveranciers”), in het kader waarvan de partner-leveranciers onder meer erin toestemmen om aan de puntenverzamelaars goederen en/of diensten te leveren tegen een lagere prijs dan anders zou moeten worden betaald of zonder contante betaling, wanneer de puntenverzamelaar de punten inwisselt, en de promotor in ruil hiervoor een „vergoeding voor diensten” betaalt, die wordt berekend aan de hand van het aantal punten dat in de betrokken periode bij de partner-leverancier is ingewisseld.

1)

Hoe moeten de artikelen 14, 24 en 73 van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 (1) (voorheen de artikelen 5, 6 en 11, A, lid 1, sub a, van richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 (2)) worden uitgelegd wanneer de promotor betalingen verricht aan de partner-leveranciers?

2)

Moeten deze bepalingen in het bijzonder aldus worden uitgelegd dat de betalingen als die van de promotor aan de partner-leveranciers moeten worden beschouwd als:

a)

uitsluitend een tegenprestatie voor het verrichten van diensten door de partner-leveranciers ten behoeve van de promotor, of

b)

uitsluitend een tegenprestatie voor het leveren van goederen en/of het verrichten van diensten door de partner-leveranciers ten behoeve van de puntenverzamelaars, of

c)

deels een tegenprestatie voor het verrichten van diensten door de partner-leveranciers ten behoeve van de promotor en deels een tegenprestatie voor het leveren van goederen en/of het verrichten van diensten door de partner-leveranciers ten behoeve van de puntenverzamelaars?

3)

Indien vraag 2 moet worden beantwoord als hiervoor aangegeven onder c), zodat de vergoeding voor diensten een tegenprestatie is voor twee transacties door de partner-leveranciers, te weten één ten behoeve van de promotor en de andere ten behoeve van de puntenverzamelaars, wat zijn dan de gemeenschapsrechtelijke criteria om te bepalen hoe een vergoeding als de vergoeding voor diensten moet worden verdeeld tussen deze twee transacties?”


(1)  Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (PB L 347, blz. 1).

(2)  Zesde Richtlijn (77/388/EEG) van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag (PB L 145, blz. 1).