30.1.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 24/25 |
Beroep ingesteld op 4 november 2009 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Republiek Oostenrijk
(Zaak C-433/09)
2010/C 24/45
Procestaal: Duits
Partijen
Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordiger: D. Triantafyllou, gemachtigde)
Verwerende partij: Republiek Oostenrijk
Conclusies
— |
vaststellen dat de Republiek Oostenrijk, door de Normverbrauchsabgabe (een op het gemiddelde brandstofverbruik gebaseerde belasting) in de maatstaf van heffing op te nemen in de belasting over de toegevoegde waarde die in Oostenrijk bij de aflevering van een motorvoertuig wordt geheven, de krachtens de artikelen 79 en 79 van richtlijn 2006/112/EG (1) op haar rustende verplichtingen niet is nagekomen; |
— |
de Republiek Oostenrijk verwijzen in de kosten. |
Middelen en voornaamste argumenten
De Commissie komt op tegen de opneming van de Normverbrauchsabgabe (NoVA) in de maatstaf van heffing voor de belasting over de toegevoegde waarde die door de Republiek Oostenrijk bij de aflevering van een motorvoertuig in dit land wordt geheven.
De Normverbrauchsabgabe is in feite een eenmalige registratiebelasting, nu het hoofdkenmerk ervan de toelating van een motorvoertuig in de Republiek Oostenrijk is. Dientengevolge is de rechtspraak van het Hof in zaak C-98/05 (2), krachtens welke een dergelijke belasting niet in de maatstaf van heffing voor de belasting over de toegevoegde waarde mag worden opgenomen, op de onderhavige zaak van overeenkomstige toepassing.
(1) Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, PB L 347, blz. 1.
(2) Arrest van het Hof van 1 juni 2006, De Danske Bilimportører (C-98/05, Jurispr. blz. I-4945).