21.5.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 152/13 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Sąd Apelacyjny w Warszawie (Republiek Polen) op 2 maart 2011 — Format Urządzenia i Montaże Przemysłowe/Zakładowi Ubezpieczeń Społecznych I Oddział w Warszawie
(Zaak C-115/11)
2011/C 152/23
Procestaal: Pools
Verwijzende rechter
Sąd Apelacyjny w Warszawie
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Format Urządzenia i Montaże Przemysłowe
Verwerende partij: Zakładowi Ubezpieczeń Społecznych I Oddział w Warszawie
Prejudiciële vragen
1) |
Betekent het feit dat „degene die op het grondgebied van twee of meer lidstaten werkzaamheden in loondienst pleegt uit te oefenen”, waarvan in artikel 14, lid 2, sub b, wordt gepreciseerd dat het gaat om een andere persoon dan die bedoeld sub a, onder de personele werkingssfeer valt van artikel 14, lid 2, eerste volzin, van verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen (1), in het geval van een werknemer die op basis van een arbeidsverhouding voor één werkgever werkzaam is,
en betekent het
|
2) |
Indien de uitlegging overeenkomstig sub b wordt aanvaard, kan dan artikel 14, lid 2, sub b-ii, van verordening nr. 1408/71 worden toegepast in het geval waarin de verplichting in het kader van een arbeidsverhouding die een werknemer aan één werkgever verbindt, om permanent in meerdere lidstaten arbeid te verrichten, ook de vervulling van verplichtingen omvat in de woonstaat van de werknemer, hoewel die situatie — arbeid in juist die staat — ten tijde van het aangaan van de arbeidsverhouding uitgesloten lijkt, en kan bij een ontkennend antwoord dan artikel 14, lid 2, sub b-i, van verordening nr. 1408/71 worden toegepast? |
(1) PB L 149, blz. 2.