Available languages

Taxonomy tags

Info

References in this case

Share

Highlight in text

Go

21.3.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 106/25


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État (Frankrijk) op 11 januari 2016 — De vennootschap Euro Park Service, rechtsopvolgster van de vennootschap Cairnbulg Nanteuil/Ministre des finances et des comptes publics

(Zaak C-14/16)

(2016/C 106/27)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Conseil d’État

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: De vennootschap Euro Park Service, rechtsopvolgster van de vennootschap Cairnbulg Nanteuil

Verwerende partij: Ministre des finances et des comptes publics

Prejudiciële vragen

1)

Wanneer een nationale wettelijke regeling van een lidstaat in het nationale recht gebruikt maakt van de mogelijkheid van artikel 11, punt 1, van richtlijn 90/434/EEG van de Raad van 23 juli 1990 betreffende de gemeenschappelijke fiscale regeling voor fusies, splitsingen, inbreng van activa en aandelenruil met betrekking tot vennootschappen uit verschillende lidstaten (1), bestaat er dan in het licht van het primaire recht van de Europese Unie ruimte voor toezicht op de handelingen die zijn vastgesteld ter uitvoering van deze mogelijkheid?

2)

Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord, moet dan artikel 43 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschappen, thans artikel 49 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale wettelijke regeling die, met het doel fraude of belastingontwijking te bestrijden, voor het gebruik van de gemeenschappelijke fiscale regeling voor fusies en gelijkgestelde transacties alleen ten aanzien van de inbreng in buitenlandse vennootschappen de voorwaarde stelt dat vooraf goedkeuring is verstrekt, en niet ten aanzien van de inbreng in binnenlandse rechtspersonen?


(1)  PB L 225, blz. 1.