Available languages

Taxonomy tags

Info

References in this case

Share

Highlight in text

Go

13.4.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 118/16


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Supremo Tribunal Administrativo (Portugal) op 19 januari 2015 — Brisal — Auto Estradas do Litoral SA, KBC Finance Ireland/Fazenda Pública

(Zaak C-18/15)

(2015/C 118/22)

Procestaal: Portugees

Verwijzende rechter

Supremo Tribunal Administrativo

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Brisal — Auto Estradas do Litoral SA, KBC Finance Ireland

Verwerende partij: Fazenda Pública

Prejudiciële vragen

1)

Verzet artikel 56 VWEU zich tegen een nationale belastingregeling volgens welke financiële instellingen die geen ingezetenen van Portugal zijn, zijn onderworpen aan inkomstenbelasting over op het grondgebied van deze lidstaat vervallen rente die tegen het definitieve tarief van 20 % (of minder indien zo is bepaald in een dubbelbelastingverdrag) als bronheffing wordt geheven over de bruto-inkomsten zonder dat de rechtstreeks met de uitoefening van de financiële activiteit verbonden bedrijfskosten kunnen worden afgetrokken, terwijl de door ingezeten financiële instellingen ontvangen rente wordt opgenomen in het totale belastbare inkomen waarbij eventuele met de uitoefening van de activiteit verbonden kosten worden afgetrokken bij de vaststelling van de winst met het oog op de heffing van de vennootschapsbelasting, zodat het algemene tarief van 25 % wordt toegepast op de uit rente verkregen netto-inkomsten?

2)

Verzet artikel 56 VWEU zich ook dan tegen deze regeling wanneer blijkt dat de belastbare grondslag van ingezeten financiële instellingen, na aftrek van de financieringskosten die verband houden met de rente-inkomsten of van kosten die economisch rechtstreeks verband houden met deze inkomsten, zwaarder wordt of kan worden belast in vergelijking met de heffing van de bronbelasting over de bruto-inkomsten van niet-ingezeten financiële instellingen?

3)

Kunnen daartoe de met de kredietverstrekkingen verbonden financieringskosten of de kosten die economisch rechtstreeks verband houden met de rente-inkomsten worden bewezen aan de hand van informatie afkomstig van de EURIBOR („Euro Interbank Offered Rate”) en de LIBOR („London Interbank Offered Rate”), zijnde het gemiddelde rentetarief voor interbancaire financieringen dat banken bij de uitoefening van hun activiteiten toepassen?